Home | Boot | Foto's | Reactie |
11 mei 2018 Kiel, Duitse zeehaven met scheepvaarthistorie. Het Noord Oost Zee Kanaal zijn we op het gemakje doorgevaren. Het is een breed kanaal en er komt grote scheepvaart doorheen die niet helemaal Noord om Denemarken heen wil varen. De bruggen over het kanaal zijn dan ook allemaal heel hoog, een meter of 40. Wij kunnen daar makkelijk onderdoor. Wind om te zeilen was er nauwelijks in het kanaal, dus na even een korte poging om te zeilen heeft de motor 100 kilometer lang zijn diensten bewezen. Het motoren was saai, maar af en toe zagen we wat, een hert langs de kant en een grote roofvogel in de lucht. Ook kwamen we regelmatig schepen tegen. Vanalles en nog wat. Vrachtschepen, soms hele grote van 150 meter lang, plezierjachten, maar ook oude traditionele schepen, zoals een Kogge. Later hoorden we dat die traditionele schepen op weg waren naar het feest voor het zoveel-honderste jaren bestaan van de haven van Hamburg. We hebben twee dagen over het kanaal gedaan, met een tussenstop in Rendsburg. Het stadje zelf stelt niet veel voor, ondanks de lange historie als handels- en doorvoerhaven, maar de zeilvereniging waar we bij hebben overnacht was alleraardigst. Jonge kinderen die rondjes zeilen met kleine bootjes. Booteigenaren die hun boot na de winter weer zeilklaar maken, een klein restaurantje met een terras in de zon en lekkere salades, enzovoorts. Bijzonder vonden we de helling die de leden van de vereniging zelf bedienden, en waarmee ze zo even een zeiljacht van een meter of 10 het water uitreden, schoonspoten en weer in het water lieten zakken. In Goes doen we dat met een kraan, waar zo'n helling is toch ook heel mooi. Het Noord Oost Zee Kanaal eindigt bij Holtenau. Als je daar de sluis door gaat kom je op de Kielerfjord. De sluizen zijn fors, eigenlijk heel groot. Want aan deze kant ga je niet door de 'oude sluizen, zoals bij Brunsbuttel, maar gewoon door de grote sluizen waar ook de zeescheepvaart door gaat. Toen wij er waren, was het niet druk. We lagen dan ook alleen in de sluis, en dan is die wel erg groot ... Voorbij de sluis kleurde het water geel. Wat het was weten we niet, afgewaaide bloesemblaadjes, afstervernd zeewier, of algen? Het was voor ons onduidelijk. Na een wandelingetje door Holtenau zijn we weer verder gevaren, we konden nu immers weer zeilen. Maar het aangekondigde onweer, kwam nu toch ineens echt opzetten en na een halfuurtje begon het te donderen en zagen we de slagregens om ons heen vallen. De jachthaven van Laboe was niet ver weg. We meerden precies op tijd af. Net toen onze kuiptent stond kletterde de regen naar beneden. Laboe is een leuk badplaatsje aan de Kielerfjord, maar het is ook de plaats van het 'Marine-Ehrenmals', een bepaald niet fraaie toren van 60 meter hoog, ter nagedachtenis aan de gestorvenen op zee, in het bijzonder van de Duitse marine. Het gedenkteken is tussen de twee wereldoorlogen gebouwd, dus de historie druipt er vanaf. In enkele zalen wordt die historie getoond. Een boek waarin één voor één alle 120.000 namen van omgekomen Duitse marine-mensen staan, maakt weer eens voelbaar hoe vreselijk oorlog is. Het beklimmen van de toren is dan weer een belevenis. Uitzicht over de Kieler Fjord, de Duitse kust en in de verte kun je de Deense eilanden zien liggen. Morgen gaan we weer zee op! |
Vorige bericht | Volgende bericht |